Tweetal ontvangt NIL-ereteken voor bijdragen aan lastechnisch onderwijs

Piet Dielemans en Wim de Groot hebben vorige week tijdens het lassymposium op de Welding Week in Gorinchem de Van ’t Hoffpenning gekregen. De penning werd uitgereikt door Nederlands Instituut voor Lastechniek (NIL) en eert mensen die een uitzonderlijke bijdrage hebben geleverd aan het lastechnisch onderwijs.

De Van ’t Hoffpenning die door het NIL wordt uitgereikt aan mensen met een uitzonderlijke bijdrage aan lastechnisch onderwijs, ontleent zijn naam aan ing. Jan van ’t Hoff (1915-2000). Van ’t Hoff was mede-initiatiefnemer van de Lastechnische Discussiegroep Rotterdam en was vanaf 1974 tot ver in zijn pensioen actief voor het NIL. In deze jaren legde hij een belangrijke basis voor de vele lastechnische opleidingen in de markt.

Piet Dielemans

Twee mensen ontvingen vorige week tijdens de Welding Week de Van ’t Hoffpenning uit handen van Tim Liefaart, manager examinering bij het NIL. Het gaat toevallig om twee Brabanders, Piet Dielemans en Wim de Groot. Dielemans startte midden jaren zeventig als lasdocent in Zundert. Later maakte hij de overstap naar de MTS in Breda waar hij de opleiding Middelbare Lastechnicus (MLT) opzette, wat later de IWT is geworden. Na de millenniumwisseling startte hij zijn eigen lasschool op, Dielemans Technische Opleiding (DTO) in Breda. Sinds zijn pensionering in 2019 zette zijn zoon de school voort.

Het NIL prijst de inspanningen van Dielemans als coördinator van lasopleidingen waarbij hij ook als vraagbaak voor de studenten een belangrijke rol vervulde. Vanaf 2004 heeft hij zich ingezet voor de lasinspectie-opleidingen zoals de IWI en de visueel lasinspecteur. ‘De manier waarop Piet zijn kennis vele jaren heeft gedeeld, zorgde voor veel studenten dat zij als gediplomeerd IWT’er hun lastechnische carrière hebben kunnen vormgeven’, prijst Liefaart hem. De lasorganisatie schat dan ook dat Dielemans ongeveer 800 IWT’ers heeft opgeleid.

Wim De Groot

Een van deze IWT’ers is Wim De Groot. Ook hij kreeg vorige week  de Van ’t Hoffpenning opgespeld. De Groot, van oorsprong loodgieter, is sinds 1986 actief in de lassector. Hij begon als lasser, maar stapte al snel over naar het onderwijs. Aan de bedrijfsschool van Machinefabriek Breda gaf hij 5 jaar laslessen aan jonge vrouwen. ‘Zo droeg hij bij aan de bevordering van de instroom van vrouwen in de techniek.’

Toen deze school in 1995 failliet ging, startte hij zijn eigen school voor lasopleidingen: De Groot Lastechniek. In 2019 verkocht hij de school en werd hij actief als jobcoach. Binnen zijn huidige functie begeleidt hij mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt naar een baan in de metaalsector. Parallel aan zijn dagelijks werk zet De Groot zich vanaf 2011 ook in als voorzitter van de Examencommissie Handvaardigheidsopleidingen bij het NIL.

Dat doet hij volgens de organisatie met verve. ‘Zijn inzet en zijn rol als voorzitter van de examencommissie hebben voor veel mensen in de lastechniek het verschil gemaakt en hebben bijgedragen aan een verhoging van het kennis- en kundeniveau van de lastechniek in Nederland’, klinkt het lovend Daarnaast zet hij volgens Yvonne Olgers, productmanager onderwijs bij de NIL, de ‘mens’ centraal en weet hij studenten te enthousiasmeren.

Docent cruciaal voor studiekeuze

Die laatste eigenschap is van doorslaggevend belang voor het werven van meer leerlingen in het lasonderwijs, stelt Olgers. De penninguitreiking vond plaats op de tweede dag van het lassymposium dat gelijktijdig met de Welding Week plaatsvond. In de loop van de middag scheidde een kleine groep zich af voor het onderdeel Docentenmiddag. Deelnemers werden er bijgepraat over de inspanningen van NIL op het vlak van onderwijs. Om het belang van docenten te benadrukken werden deelnemers gevraagd naar de reden waarom zij in de lastechniek en het onderwijs terecht kwamen. In veel gevallen bleek contact met een bepaalde leraar van doorslaggevend belang.

De Groot en Dielemans waren vereerd om de prijs in ontvangst te mogen nemen. ‘Een hele mooie erkenning. Ik heb gelijk een foto naar mijn zoon doorgestuurd’, vertelt De Groot die er geen rekening mee had gehouden de penning te mogen ontvangen.