Dat blijkt uit een onderzoek van de VDMA -kantoren in China, waar 118 aangesloten bedrijven aan deelnamen. Terwijl begin maart 57 procent van de ondervraagden de gevolgen van de coronapandemie als groot beoordeelde, is dit cijfer nu gedaald tot slechts 46 procent. Aan de andere kant is het aandeel van de respondenten die de effecten als vrij gering beschouwen, gestegen van drie procent naar dertien procent.
De situatie in de lokale vervoerssector is aanzienlijk versoepeld. Voor 82 procent van de bedrijven is de vervoerssituatie binnen China verbeterd. Leveringen vanuit het buitenand naar China en vandaar naar andere landen zijn echter nog steeds moeilijk en de kosten daarvoor zijn gestegen, vooral voor het luchtvrachtvervoer. ‘Bedrijven die voor de lokale markt produceren en een hoge mate van lokalisatie hebben, zijn nu duidelijk in het voordeel’, zegt Claudia Barkowsky, Managing Director van VDMA in China. Vier weken geleden vormden de strenge transportbeperkingen en de vertraagde hervatting van de productie na het Chinese Nieuwjaar de grootste uitdagingen voor de bedrijven.
Momenteel zijn er aanzienlijke beperkingen op de mobiliteit van service- en verkooppersoneel. 73 procent meldt ernstige of merkbare beperkingen. En de situatie blijft ook gespannen wat betreft de bevoorradingsketens en de inkomende bestellingen. ‘Er is nog steeds een lappendeken van maatregelen voor reizen binnen China. Ook gaan klanten zijn niet consequent om met de situatie’, meldt Barkowsky.
Het beeld is gemengd als het gaat om informatie over verkoopverliezen. Waar 64 procent van de ondervraagden begin maart verliezen verwachtte in de eerste helft van 2020, is dit cijfer nu gestegen tot 73 procent. Vergeleken met het eerste onderzoek zei echter achttien procent (voorheen twee procent) van de ondervraagden dat ze hoogstwaarschijnlijk niet zouden worden getroffen door verliezen en zes procent meldde zelfs een stijging van de omzet (maart: 0 procent). ‘We hopen dat dit een licht is aan het einde van de tunnel en niet alleen een kortetermijneffect dat wordt veroorzaakt door een tijdelijke impuls van de inhaalvraag’, zegt Barkowsky.
Het inreisverbod dat op 28 maart 2020 in China is ingesteld, levert echter nieuwe problemen op voor machinebouwondernemingen. De ingebruikname van nieuwe productielijnen is vaak niet mogelijk zonder ondersteuning van het hoofdkantoor, er zijn servicetechnici nodig en in sommige gevallen zijn de buitenlandse managers nog niet teruggekeerd naar China. ‘De ingangsstop kan bedrijven onder toenemende druk zetten. Klanten in China wachten niet tot de situatie in de rest van de wereld weer gestabiliseerd is. De Volksrepubliek wil haar economie zo snel mogelijk weer op de rails krijgen en lokale bedrijven dringen aan op hervatting van de activiteiten’, legt Barkowsky uit. Een opheffing van het inreisverbod is echter niet in zicht.
Het gebruik van robots in fabrieken over de hele wereld blijft in hoog tempo doorgaan:…
Het aantal vacatures nam in het derde kwartaal af met vijfduizend en het aantal werklozen…
De Koninklijke Marine staat voor de uitdaging om zijn vloot te onderhouden, waar die zich…
Soms sta je raar te kijken. Op een gewone dinsdagochtend zei mijn secretaresse dat ze…
Uit onderzoek van Reichelt Elektronik blijkt dat ruim 45 procent van de bedrijven van plan is binnen…
Jörg Machines, fabrikant van plaatbewerkingsmachines, opent in februari 2025 opnieuw haar deuren voor een exclusieve…