VDW: Productiegroei machinebouw verwacht in 2023

Foto van: De redactie
Geschreven door De redactie

De VDW (Duitse Vereniging van Machinebouwers) verwacht dat de productie in de machinebouw-industrie dit jaar met negen procent zal groeien tot een volume van 15,5 miljard euro. Dat is nominaal slechts tien procent onder het recordresultaat van 2018.

Hand die op een knop druk van een bedieningspaneel in een fabriek

Franz-Xaver Bernhard, voorzitter van de VDW, deed deze voorspelling tijdens de jaarlijkse persconferentie. ‘We hebben de gevolgen van de pandemie grotendeels overwonnen. Dat blijkt uit de groei van de productie en de orderniveaus, die maar net onder het recordresultaat van 2018 liggen,’ aldus Bernhard.

De industrie is het huidige jaar ingegaan met een aanzienlijke orderportefeuille. Hoewel de kloof tussen orders en verkoop momenteel kleiner wordt, meldt het Duitse federale bureau voor de statistiek nog steeds een orderachterstand van twaalf maanden voor de machinebouw-industrie. ‘Dit betekent dat bedrijven goed gepositioneerd zijn om een eventuele terugval in orders in de eerste helft van 2023 te doorstaan, zoals de meest recente cijfers suggereren’, legt Bernhard uit. De bezettingsgraad stijgt ook gestaag en kwam in januari weer uit op 91,1 procent. Uit de laatste VDMA flash-enquête van begin december blijkt dat 45 procent van de machinebouw fabrikanten voorzichtig optimistisch is over het lopende jaar.

Wereldwijde ontwikkelingen

Macro-economisch gezien is de prognose gebaseerd op de veronderstelling dat de inflatie haar hoogtepunt heeft bereikt. De energie- en grondstoffenprijzen beginnen nu weer te dalen. De opheffing van de covid-beperkingen in China, de grootste markt, zal de handel stimuleren. Ook andere Aziatische landen zoals India en de ASEAN-regio dragen bij aan de groei. De wereldwijde investeringen stijgen voor het derde achtereenvolgende jaar, zij het minder dynamisch dan in de twee voorgaande jaren. De machinebouwers profiteren hiervan.

Ook in Duitsland zullen de investeringsuitgaven na drie trage jaren weer stijgen. Hier heeft vooral de automobielindustrie haar uitgaven ingeperkt nadat het chiptekort de productie van voertuigen onmogelijk maakte. ‘De machinebouw-industrie heeft geprofiteerd van het transformatieproces bij autofabrikanten en heeft haar inspanningen om haar klantenstructuur te diversifiëren verdubbeld. Volgens ons klantstructuuronderzoek is het aandeel van de automobielsector gedaald van bijna 43 procent in 2019 naar ongeveer 31 procent in 2021’, legt Bernhard uit. De machinebouw en de fabricage van metaalproducten maken daarentegen winst.

Groei met dubbele cijfers in 2022

Volgens schattingen van VDW groeide de productie van gereedschapsmachines vorig jaar met tien procent, drie punten meer dan in het najaar was verwacht. Dat komt overeen met een reële stijging van drie procent en een volume van ongeveer 14,1 miljard euro. ‘Eindelijk kunnen nu meer machines worden voltooid en geleverd, omdat de aanvoersituatie voor veel metalen componenten is verbeterd’, aldus Bernhard. De aanvoer van elektronische componenten blijft echter krap.

Na een zwak voorgaand jaar steeg de binnenlandse verkoop met zestien procent, de export steeg met zeven procent. Europa kwam binnen de Triade als laatste uit de bus, met min drie procent. Oost-Europa presteerde bijzonder zwak omdat de handel met Rusland grotendeels is ingestort. Cumulatief zijn de Duitse zendingen sinds 2018 met bijna tachtig procent gedaald. Italië heeft de afgelopen twee jaar uitzonderlijk sterk gepresteerd, gedreven door een fors subsidiebeleid voor de aankoop van machines. De export naar Azië steeg met 11 procent. Vooral de export naar Thailand, India, Japan en Zuid-Korea groeide sterk. Het jaar daarvoor was China de belangrijkste aanjager. In 2022 maakte het covid-beleid de levering van machines lastiger. Sommige exporten werden vervangen door lokale productie. Tot slot was Amerika de belangrijkste drijvende kracht met een stijging van 24 procent, aangedreven door Brazilië, de VS en Mexico. Als tweede grootste markt winnen de VS aan belang en met een exportaandeel van 14,7 procent naderen zij China met 18,7 procent.

Personeelstekorten

Sinds het begin van de pandemie in 2019 is het personeelsbestand met dertien procent afgenomen. De productie daalde in dezelfde periode met zeventien procent. Dat is niet alleen toe te schrijven aan de pandemie, maar ook aan het transformatieproces dat automobielklanten doormaken.

Het aantal vacatures in de techniek stijgt veel sneller dan de totale personeelsgroei: 20 tegen 1,3 procent. Iets meer dan de helft van alle engineeringbedrijven is van plan nieuw personeel aan te nemen. Volgens berekeningen van het Duits Economisch Instituut zal het aanbod van geschoolde werknemers in bèta/technische beroepen de komende jaren in het beste geval slechts de helft van de behoeften van de industrie dekken.

In een enquête meldde 31 procent van de machinebouwers een tekort aan geschoold personeel. Vijftig procent van de respondenten heeft hier al langer problemen mee.

‘Het tekort aan geschoolde arbeidskrachten zal waarschijnlijk een blijvend probleem blijven vanwege de structurele oorzaak ervan in de vorm van demografische veranderingen in Duitsland. De cijfers voor de engineeringsector als geheel bevestigen hoe precair de situatie is’, aldus VDW-voorzitter Bernhard.

Het Bundesagentur für Arbeit meldt momenteel grote tekorten in de volgende beroepsgroepen: mechatronica, automatiseringstechniek, metaalbewerking, werktuigbouwkunde en industriële techniek, en elektrotechniek. In het opleidingsjaar 2021/2022 bleven meer dan 11.000 van de 97.000 aangeboden opleidingsplaatsen in techniekgerelateerde beroepen onvervuld.

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *