Van 9 tot en met 13 februari vindt de eerste editie van de Week van de Bouw plaats. Dat betekent dat alle schakels van bouw en vastgoed op één locatie te vinden zijn. De Week is een combinatie van vakbeurzen, Gala van de Nederlandse Bouw met de uitreiking van de Nederlandse Bouwprijzen, netwerkbijeenkomsten, award uitreikingen, debatten en congressen. Elke doelgroep binnen bouw en vastgoed krijgt hiermee zijn eigen gespecialiseerde evenement.
Volgens Martijn Carlier, marktmanager Bouw bij Jaarbeurs is de krachtige combinatie van vakbeurzen interessant voor iedereen in bouw en vastgoed. Van aannemer tot architect en van opdrachtgever tot zzp’er.’ De formule is gebaseerd op een simpel, maar doeltreffend principe dat iedere doelgroep zijn eigen informatieplatform heeft. ‘Iedereen kent natuurlijk de BouwBeurs, de grote beurs voor de hele bouw. In de Week van de Bouw wordt aanvullend een vakinhoudelijk programma opgetuigd dat zich specifiek richt op architecten, ingenieurs en opdrachtgevers, zoals woningcorporaties.’ Carlier legt uit waarom voor deze nieuwe opzet is gekozen. ‘Deze tijd, waarin de bouwsector klantgericht wil zijn en nieuwe vormen van samenwerkingen zoekt, vraagt om relevante en gerichte communicatie. Met scherper afgebakende beursconcepten.’
Nieuwe ontwikkelingen
Opvallend vindt Carlier het aanbod aan innovaties die op dit moment binnen de bouwsector ontstaan. Zoals de toenemende aandacht voor biobased materialen die zijn gemaakt van natuurlijke, biologische grondstoffen en gemakkelijk afbreekbaar of herinzetbaar zijn, zoals hout, leem, stro, glas en hennep. Producten die geoogst kunnen worden en steeds weer worden hernieuwd. ‘Biobased is een actueel onderwerp binnen de discussie van levensduur en circulaire economie die in grote mate betrekking heeft op gebouwen.’ Carlier merkt dat binnen de bouwsector deze discussie zich enigszins losweekt van zijn alternatieve imago. ‘Deze trend heeft sterk te maken met nieuwe keuzes die gebruikers willen maken. Mensen willen in een gezonde omgeving wonen en werken, met een goed ventilerend binnenklimaat zonder toxische stoffen of chemicaliën die materialen uit kunnen stoten.’ In volume en geld stelt dit soort ontwikkelingen nog weinig voor, maar Carlier merkt een groeiend interesse voor dit onderwerp bij bezoekers van de Week van de Bouw. ‘Naast puur commerciële activiteiten om bouwproducten te promoten maakt de Week van de Bouw ook ruimte voor kleinschalige innovaties met potentie die relevant zijn voor de bouwsector en waarover mensen vragen willen stellen’, zegt Carlier. ‘Hetzelfde geldt voor allerlei online-initiatieven, 3D-printen en computergestuurde productie. De meeste hebben een hoop hype in zich, maar iedereen voelt intuïtief aan dat deze innovaties ook de bouw zullen raken.’
Vraaggestuurd
Carlier vindt het belangrijk om dit soort signalen uit de markt te volgen en kiest daarom duidelijk voor een meer vraag- en klant gestuurde opzet dan een aanbod- en product gestuurde setting. ‘Alle typen bouwpartijen kunnen elkaar in de Week van de Bouw vinden om kennis en ervaring met elkaar te delen. Zo ontstaat ook op de vloer een ketendynamiek!’ Volgens Carlier vinden mensen persoonlijk contact met vakgenoten nog steeds de prettigste manier om een gesprek te voeren. Niet alleen over nieuwe, slimme technische oplossingen, maar bijvoorbeeld ook hoe voor de toepassing ervan financieel draagvlak gecreëerd kan worden. ‘In de Week van de Bouw kunnen bezoekers een week lang hun eigen programma en looproute kiezen. Om kennis en productinformatie te verzamelen en ook om inzicht te krijgen in de allernieuwste ontwikkelingen’, stelt Carlier vast.